Aan Patrick, mijn maatje, de vader van onze dochter, de liefde van mijn leven

Gisteren schreef ik op mijn socials over de trein waar wij 22 juli zijn ingestapt en die maar niet lijkt te stoppen. Onderweg ben jij er stiekem uit gestapt terwijl Catlijn en ik in de denderende trein bleven zitten.

Inmiddels rijdt de trein iets minder snel en stoppen we soms heel even op een tussen station, maar nog altijd gaat de trein door.

Om ons heen gaat het leven ook door. Mensen vragen steeds minder hoe het gaat en iedereen leeft zijn eigen leven. De gebruikelijke klaagzang over de juf van je dochter, of de zeurende buurman passerende de Revu. 

En het is niet dat mensen het niet interesseert. 
In tegendeel. Veel mensen durven niet te vragen hoe het gaat, omdat ze bang zijn dat dat al te veel gevraagd wordt, of omdat ze me niet willen herinneren aan de moeilijke tijd die achter ons ligt.

Maar juist nu, juist nu die trein iets rustiger gaat rijden. Juist nu is het fijn om soms even van me af te praten. Juist nu ook voor ons het normale leven weer begint is de vraag ‘hoe gaat het?’ Zo fijn om te krijgen.
Juist nu is het soms even zwaar, omdat ook ons leven door gaat terwijl dat van jou hier is gestopt.

En ja, ik voel dat je er altijd bent. Ik voel dat je ons helpt waar je maar kan en ik voel hoe jij ook geniet van jouw gratis tripjes naar onder andere Disneyland.

En toch valt het zwaar.

Mensen noemen me sterk. Ze zien dat ik door ga en sommigen zien ook de pijn.

Toen ik bericht kreeg dat de andere oh zo belangrijke man in mijn leven ook het aardse leven had verlaten brak ik. Ik heb uren zitten huilen, alleen. Ik wist dat er genoeg mensen waren die ik kon bellen, maar er was er maar 1 met wie ik dit verdriet wilde delen en dat was jij.

 Ook dit wist ik dat er aan zat te komen, het deed pijn. Het doet pijn.  Mijn man, mijn maatje en daarna mijn pleegvader. 2 mannen die mij zagen voor wie ik was. 2 mannen die er voor me waren op het moment dat ik het zo moeilijk had. 2 mannen waar ik zielsveel van hield. Binnen 2 maanden na elkaar, zo maar weg. 

Nooit meer een knuffel, nooit meer die schouder om op te huilen. Alleen herinneringen. Mooie herinneringen. Heel veel mooie herinneringen.

En nu, nu stap ik weer in de trein die elke dag iets langzamer gaat rijden. Die elke keer iets vaker en langer stropt op de tussen perrons en wie weet ooit van spoor wisselt.

Samen met Catlijn reis ik verder. Onze dromen waarmaken.

En jij, jij mag gratis mee.

Lieve Patrick er gaat geen dag voorbij dat ik niet aan je denk. Ik hou van je en ik zal je nooit vergeten.
En pa, het gaat je goed! Ik hoop dat je de rust hebt die je verdient.

Liefs,

Annemiek